Over circulair herinrichten van utiliteitsgebouwen
‘Circulair herinrichten is een logische keuze’
Voorbeeldproject

Toen BOOT ingenieurs met een verhaal naar een nieuwe vestiging in Veenendaal keek, viel de keuze op een 'dertien-in-een-dozijn' kantoorgebouw. Onder het motto practice what you preach was er direct de wens om het gebouw met tachtig procent herbruikbare materialen te verbouwen.
Voor Kees Boot, eigenaar van het gelijknamige bedrijf niet meer dan een logische keuze. “Als je ziet hoeveel materialen er bij de sloop van een gebouw worden weggegooid, dan moet je die materialen weer inzetten bij een gebouw zoals dit.”
“Circulair kan ook zeker mooi zijn,” zegt interieurarchitect Susanne Bakkenist van Studio Spacemonkey (tegenwoordig Atelier Rest) die tekende voor het ontwerp van de nieuwe huisvesting van Boot. Dit ontwerp was wat zij noemt, een basis die ze vervolgens met geoogste materialen verder invulde. “Bij de invulling van de ruimtes is het vertrekpunt steeds geweest plekken te creëren waar mensen graag willen zijn.”
Hergebruik en circulair bouwen
Zoals gezegd is tachtig procent van de materialen al elders gebruikt. Zo zijn scheidingswanden gemaakt van oude bureaubladen, spreekkamers opgebouwd uit hout dat vrijkwam bij de renovatie van de Velodrome-wielerbaan in Amsterdam en komen raampanelen uit de circulaire sloop van het Erasmus MC. Zo zorgen al deze materialen voor een extra verhaal als je door het pand loopt. Op de deuren die uit het ziekenhuis komen, staan bijvoorbeeld nog de afdelingen vermeld waar ze ooit toegang toe gaven.
BOOT voert grootschalige sloopprojecten uit bij klanten zoals ziekenhuizen en kantoren en zit dus, als het gaat om het oogsten, op de eerste rij. Daarnaast gebruikten ze het platform Insert.nl, wat overigens ook een plek in de nieuwe vestiging heeft, om aan extra materialen te komen.
Installatietechniek
Op elektrotechnisch gebied is de bestaande infrastructuur grotendeels intact gelaten. Bekabeling, kabelgoten en wandgoten zijn waar mogelijk hergebruikt en slechts op strategische plekken uitgebreid. Voor de kantoorverlichting zijn bestaande armaturen omgebouwd naar LED-technologie. Daarnaast zijn schakelmateriaal, kabeldozen en een groot deel van de voedingskabels hergebruikt uit een donorgebouw. Voor specifieke toepassingen, zoals WiFi, is wel nieuwe databekabeling aangelegd. Verder is het pand van het gas gehaald. Het gebouw wordt nu van energie voorzien door zonnepanelen op het dak en de warmtepompen. De verwarming gebeurt via innovatieve inductiepanelen. Bestaande luchtkanalen zijn behouden en gebruikt als uitgangspunt voor de nieuwe ventilatiecapaciteit. Uiteraard zijn ook brandslanghaspels, inbouwreservoirs en sanitair afkomstig uit een donor- (sloop)gebouw.
Leren
Boot: “We leerden hier met elkaar heel veel van hoe je die materialen uit een gebouw krijgt, hoe je ze hier krijgt en hoe je ze hier kon toepassen. Dat is een heel ander proces dan het lineaire proces dat we gewend waren. Maar wel mooier.” Wat Susanne heeft geleerd, is dat je het vooral samen moet doen. “Dat betekent vanaf het eerste begin met elkaar om de tafel en ook niet alles tot in den treure en tot in detail uit moet werken maar ook gewoon hands on doen. En ter plekke kijken past het of past het niet.” Voor haar als architect betekende het dat ze, wat ze in haar hoofd had, soms moest parkeren. “Maar wel met de helikopterview dat het geheel gewoon klopt en het een prettige omgeving wordt.”
Steeds meer bedrijven zullen, zo verwacht Boot, de komende jaren stappen zetten naar verduurzaming en circulariteit. “We staan pas aan het begin van deze transitie,” zegt Boot. “Duurzaamheid draait om het hele plaatje: energie, materialen, water, groenvoorzieningen. Het vraagt om een integrale aanpak. We hebben nog een lange weg te gaan, maar door samen te werken en stap voor stap te handelen, komen we er.”